Een wandeling die begint bij Place du Trocadéro, met het mooiste uitzicht op de Eiffeltoren, waar je later in de wandeling terecht komt. Vervolgens langs een indrukwekkende begraafplaats en door eeuwenoude kleine straatjes op zoek naar het huis van Honoré Balzac. Ontdek de nog echte dorpse winkelstraatjes om vervolgens uit te komen bij één van de oude treinstations van Le Petit Ceinture.
Bewonder de prachtige huizen van Hector Guimard, de meester in het bouwen van de art nouveau stijl. Bekijk van zeer dichtbij het vrijheidsbeeld en loop dwars door de Seine over het smalle Zwaneneiland. Slenterend langs de kade kom je bij het symbool van Parijs, de Eiffeltoren. Een ontdekkingsreis door het wat onbekendere Parijs.
WANDELING DOOR HET 16E ARRONDISSEMENT EN OMGEVING
De geschiedenis van het 16e in een notendop:
In de 7e eeuw ligt hier een dorpje Nimio, bij het bos van Rovray. Hier woonde op het landgoed Saint Bertram, de bisschop van Le Mans. In dit gebied waren veel wijngaarden. Na de dood van de bisschop komen er dorpen als Auteil en Chaillot. Vanaf 1250 ontstaat ook het kleine dorp Passy. Het bos Rovray wordt uiteindelijk het Bois de Boulogne. Autul was toen al een toevluchtsoord voor de welgestelden die de lawaaierige stad Parijs ontvluchten. De adel, maar ook schrijvers als onder andere Moliere en La Fontaine zochten hier de rust. De aanwezigheid van thermale bronnen in dit gedeelte speelde ook een belangrijke ontwikkeling. In Passy wordt een geneeskrachtige bron in 1650 erkent door de medici.
De drie dorpen worden met de plannen van Haussmann geannexeerd met Parijs in 1860. Tegenwoordig is het 16e een gewild, redelijk rustig, maar duur onderkomen voor de Parijzenaar en de thuisbasis van een 90-tal ambassades en consulaten in Parijs. Eigenlijk nog steeds een dorp (met ca. 165.000 inwoners) in een grote stad.
De wandeling kan natuurlijk lang niet alles laten zien, maar is gevarieerd en heeft voor ieder wat wils. De lengte is ca 9 km en geschikt om een dagdeel te vullen.
We starten de wandeling bij Place du Trocadéro, een plein vernoemd naar de slag van Trocadéro uit 1821 en het Palais du Trocadero dat hier lag op de heuvel van het voormalige dorp Chaillot.
-> Zoek de Eiffeltoren, kan niet missen, en loop zijn kant op.
Dit is één van de beste fotolocaties met zicht op de Eiffeltoren
Hier stond eerder een ouder paleis uit 1867 met de naam Palais du Trocadero en gebouwd op de heuvel van het voormalige dorp Chaillot. Het wordt door de Parijzenaar nog steeds Trocadéro genoemd, herinnerend aan de Spaanse vesting Trocadéro die in 1823 werd veroverd door de Franse troepen. Net als zijn voorganger heeft het een grote boog met twee zijvleugels, ontworpen in een moderne stijl. Het huidige paleis is in 1937 gebouwd voor de Wereldtentoonstelling. Het Palais Chaillot herbergt een aantal musea, onder andere het scheepvaartmuseum en het museum voor etnologie, zeg maar volkerenkunde.
Op het grote open plein, Esplanade des Droits de l’Homme, vind je de 'gouden' sculpturen van Paul Belmondo, Léon-Ernest Drivier et Marcel Gimond.
-> Loop een klein stukje terug
-> Neem de Rue du Commandant Schloesing (via de Avenue Paul Doumer)
-> Op nr. 4 is de ingang naar begraafplaats Passy
De begraafplaats wordt omarmt door een grote muur met opvallende beeldengroep die de herinnert aan de 2e Wereldoorlog.
Het Cimetière de Passy is een wat onbekender en kleinere begraafplaats dan Père Lachaise, Montmartre of Montparnasse. Het ligt sinds 1825 een beetje verscholen achter de publiekstrekker Trocadéro met zijn prachtige uitzicht op de Eiffeltoren. Zonder ook maar een iemand tekort te doen liggen hier (in aantal) minder grootheden, maar enkele bekendheden zijn Claude Debussy (componist), Édouard Manet (schilder) samen met zijn schoonzuster Berthe Morisot, Marcel Renault (autobouwer), Fernandel (komiek) en Bảo Đại, de laatste keizer van Vietnam. Zoals ook op de andere begraafplaatsen in Parijs zijn er prachtige gedenkstenen, monumenten en kleine tot zeer grote graftombes te zien. Het grootst is die van Marie Bashkirtseff, een Russchische aristocrate en kunstschilderes die op 25 jarige leeftijd overleed aan tuberculose. Haar grootste naamsbekendheid verwierf ze niet alleen door de schilderkunst, maar vooral door haar dagboeken die een mooi beeld schetsen van het leven van een jonge vrouw aan het eind van de 19e eeuw.
-> Verlaat via dezelfde ingang/uitgang de begraafplaats en loop een klein stukje terug.
-> Ga rechtsaf, bij het standbeeld van Franklin, de Rue Benjamin Franklin in.
-> Na de bocht zie je links een hek voor Rue le Tesse, daar ligt een wandelpad, neem deze.
Aan je rechterhand de kapitale huizen van Rue le Tesse en links het Palais Chaillot, met hier en daar nog wat resten van het oude paleis.
-> Aan het eind van het wandelpad, ga rechts de Boulevard de Delessert in.
Tegenover nr. 3 staat een monument ter ere van de Portugese dichter Luís de Camões (1525-1580). De grootste dichter die Portugal ooit heeft gehad en staat in het rijtje met Shakespeare, Vondel, Homerus en Dante. In Portugal is hij groot en zijn sterfdag, 10 juni (Dia de Camõe), zelfs een officiële feestdag.
-> Vervolg de Boulevard de Delessert.
-> Neem bij de rotonde de Rue Raynouard (2e links)
-> Na ca. 100 meter links, tegenover 10 / 12 is een poort met de naam Rue des Eaux
-> Loop door de poort en neem daar de trap naar beneden
De straat dankt zijn naam aan de vele waterbronnen die daar ontsprongen en die de reputatie hadden bloedarmoede te genezen. Onderaan de trap staat links in de hoek het wijnmuseum van Parijs.
-> Onder aan de trap (met je rug naar het wijnmuseum) vervolg je de Rue des Eaux.
-> 1e straat aan de linkerkant is de Square de l'Alboni. Loop deze in.
Je ziet al meteen een stalen constructie. Loop er heen en kijk rechts hoe de metro zich in het 16e arrondissement boort. Hierboven ligt het metrostation Passy.
-> Loop terug en ga rechtsaf de Rue des Aux weer in, richting wijnmuseum en neem links de rue Charles Dickens.
-> Loop naar het park wat achter het hek ligt.
een heerlijk park met voldoende bankjes, een kinderspeelplaats en een sportruimte.
-> Steek het park in de lengte over en neem de uitgang aan de Rue d'Ankara
-> Sla rechtsaf de Rue d'Ankara in
-> Loop een klein stukje tot dat de weg naar rechts gaat en kijk links
In de bocht bij Rue d'Ankara nr. 17 staat nu de Turkse Ambassade. Vroeger was hier het Hôtel de Lamballe dat vanaf 1845 dienst deed als opvanghuis waar geestlijk gestoorde mensen zaten. Waaronder enkele beroemdheden, zoals Guy de Maupassant, die er op 6 juli 1893 stierf.
-> Wij lopen nog een heel klein stukje rechtdoor (richting garagedeur)
-> Helemaal tot je niet verder kunt zie je links een klein straatje, de Rue Berton.
Rue Berton
Een oud landelijk en afgelegen straatje, die je helaas niet zo veel meer ziet in Parijs. In de rue Berton 24 sluit een oude groene deur de binnenplaats van het huis van Balzac af (zie ook punt 8). Hij gebruikte deze achterdeur vaak om de schuldeisers die aan de voordeur stonden te ontvluchten. De muurplaat geeft aan dat hier vroeger de grens liep tussen de dorpen Passy en Auteuil.
-> Vervolg de Rue Berton en neem rechts de trap naar Rue Raynouard
Rue Raynouard 66
Schuin aan de linkerkant, op de hoek Rue Raynouard/Rue Singer, zit een obelisk verwerkt in de muur. Deze herdenkt de plek waar de beroemde Amerikaan Benjamin Franklin woonde en er de eerste bliksemafleider in Frankrijk installeerde.
-> Ga rechts de Rue Raynouard in
Honoré Balzac was één van de belangrijkste schrijvers uit het begin van de 19e eeuw. Zoals wel vaker wacht de beloning tot na de dood en leefde Balzac in de schulden. Zelfs zo erg dat hij in zijn Parijse tijd met regelmaat verhuisde onder een pseudoniem om aan zijn schuldeisers te ontsnappen. We hebben net in Rue Berton zijn achteruitgang gezien, deze werd vaak gebruikt als nooduitgang. Balzac is een harde werker, er wordt gezegd dat hij soms wel 20 uur per dag schreef en daarbij een 50 koppen koffie verwerkte. Zijn politieke voorkeur deed hem ook regelmatig vluchtten naar het buitenland, waar hij uiteindelijk na jaren zijn geliefde Eveline Hańska weet te strikken voor het huwelijk én zijn schulden. Enkele maanden na het huwelijk vertrekken ze naar Parijs, waar Balzac na enkele weken op 18 augustus 1850 overlijdt. Twee toen al bekende namen die zijn kist droegen waren, Victor Hugo en Alexandre Dumas. Het voormalig woonhuis waar hij woonde van 1840 tot 1847, is nu een museum (maandag gesloten). Beneden in de tuin, te bereiken rechts naast de kassa, is een kleine horecagelegenheid waar je heerlijk kunt zitten. Hiervoor hoef je geen kaartje te kopen.
-> Klein stukje verder, links de Rue de l'Annonciation in
Deze kerk dateert uit de 17e eeuw en is de parochiekerk van Passy. In de loop der jaren is er veel verbouwd en gebouwd aan de kerk en anders dan de buitenkant doet vermoeden, wordt naar binnen gaan beloont met een prachtig interieur. Er zijn gebrandschilderde ramen en fresco's te bewonderen.
De Rue de l'Annonciation wordt steeds smaller en het laatste zelfs autovrij. Heerlijke oude winkelstraat met veel kleine winkeltjes, bistro's en terrasjes.
Aan het eind van de Rue de l'Annonciation zie je schuin links de Marché de Passy. Zes dagen per week komen de buurtbewoners hier hun groente, fruit, kaas en vis halen (maandag gesloten).
-> Vanuit de Rue de l'Annonciation, rechtsaf en meteen linksaf de Rue de Passy op
Rue de Passy
Je loopt nu door één van de belangrijkste en drukste straten van Passy.
-> De Rue de Passy wordt de Chaussee de la Mulette
-> Links op de rotonde zie je Restaurant La Gare (Andia) liggen
Op nummer 19 Chaussee de la Muette ligt restaurant Andria, het voormalige treinstation van Le Petite Ceinture (waarover verder meer). Gerestaureerd in 2019 en eigenlijk moet je daar iets gaan eten of drinken, al was het alleen voor het interieur. Het binnenterras/eetzaal zijn de oude perrons, zeer bijzonder.
-> Voor La Gare linksaf de Boulevard de Beauséjour nemen,
Even aan de linkerkant kijken bij nr. 7,
hier staan achter het hek enkele Russische Izba's. Deze Russische boerenhuizen zijn hier gebouwd voor de Wereldtentoonstelling van 1867
-> T.h.v. nr. 17 rechts wandelpad Le Petit Ceinture nemen
Een klein stukje over de oude spoorlijn van Parijs. Hier en daar kun je nog de spoorbielzen en rails zien liggen. De, zeg maar ronde, cirkel rondom Parijs werd d.m.v. 29 stations met elkaar verbonden. Door deze opzet was de lijn ook zeer geschikt voor personenvervoer en eigenlijk zou je kunnen zeggen dat Petite Ceinture de voorloper was van het huidige metrosysteem. Juist die metro zorgde voor de ondergang van de spoorlijn en werd er in 1934 besloten om de lijn, op een enkel stuk na, alleen nog maar te gebruiken voor goederenvervoer. Vanaf de jaren 80 is men helemaal gestopt met de trein. Er wordt al jaren over gepraat wat er mee zou moeten gebeuren. Opties zijn o.a. fietspaden, tuinen of parken. Het meest voor de hand liggende zijn wandelroutes, iets wat nu ook al regelmatig gebeurt.
-> Na ca. 400 meter links de - Rue du Ranelagh, mooie huizen
Rue du Ranelagh heeft een aantal neorenaissancistische villa's en gebouwen (bijv. op nr. 123 en nr. 109). Op nummer 94 staat een groot herenhuis gebouwd in Lodewijk XIII stijl, gebouwd in rode baksteen, compleet met toren en gebeeldhouwde deur. Anders dan de bouwstijl doet vermoeden, is dit niet gebouwd ten tijde van Lodwewijk XIII, maar aan het eind van de 19e eeuw. Beetje nep dus, maar wel mooi. Tegenwoordig huisvest hier de Ambassade van de Republiek Suriname.
-> Rechtsaf Rue du Boulainvilliers
-> Rechts aanhouden Rue Jean de la Fontaine, let op 2e rechts
Op nummer 14 Rue Jean de la Fontaine staat Castel Béranger, het meesterwerk in art nouveau van Hector Guimard. Met de bouw van dit appartementencomplex vestigde Guimard definitief zijn naam. Tussen 1890 en 1930 ontwierp Guimard zo'n 50 gebouwen, maar ook 141 metroingangen. Helaas raakte art nouveau in 1910 een beetje uit de mode en in de jaren 60 van de vorige eeuw zijn de metroingangen zo goed als allemaal verwijderd en vervangen. Gelukkig zijn er nog twee te bewonderen, je vindt ze bij de metro op Porte Dauphine en Place Abbesses (oorspronkelijk stond deze bij Hôtel de Ville). Maar goed, we staan nu bij zijn eigenlijk eerst groot erkende werk, Castel Béranger. Het zijn 36 appartementen, gebouwd tussen 1895 en 1898 en Guimard was toen pas 30 jaar! Gebogen lijnen met gietijzer, glas en keramiek als decoratie. Alles was toen die tijd zeer modern, waaronder een telefooncel in de lobby. Hij woonde hier zelf en had hier ook zijn kantoor. Nadat hij in 1899 werd gekozen tot één van de winnaars van de mooiste en beste gevels van Parijs, kwamen de werken los en kreeg hij veel opdrachten, in en ook buiten Parijs.
Minder bekend, maar nr. 19 en 21 zijn ook van zijn hand. De echte liefhebber loopt ook even naar nr. 60 (en terug), ligt ca. 100 meter verder dan de rue François Millet.
-> Sla linksaf de Rue François Millet,
(voor diegene die ook nog even hebben gekeken op nr. 60, is het rechtsaf).
Rue François Millet nr. 11 staat het Trémois gebouw, ook van de hand van Guimard, deze is gebouwd in 1909
Vervolg verder de Rue François Millet,
Op nr. 2 is nog een oude brandweerkazerne uit 1901, is nog steeds in gebruik en wordt bemand door 50 brandweerlieden.
-> Linksaf de Avenue Théophile Gautier inlopen
-> Houd bij splitsing rechtsaf en ga de Rue Gros in
-> Na ca. 200 meter, rechtsaf de Pont de Grenelle oplopen.
-> Steek eerst de weg over en loop aan de over(linker)kant van de brug, want daar moet je in de midden met de trap naar beneden.
-> Pont de Grenelle, in midden aan de linkerkant naar beneden
-> Je hebt haar vast al gezien, onder aan de trap naar rechts, het Vrijheidsbeeld
New York kreeg het Statue of Liberty, ontworpen door Bartholdi, als geschenk van de stad Parijs. Een kopie (4,5 meter) van het ontwerp stond eerst in de tuin van Palais du Luxembourg, maar is inmiddels verhuisd naar Musée d'Orsay. Een iets grotere (11,2 meter) staat in het Musée des Arts et Métiers en de grootste (11,5 meter) staat hier op het Île aux Cygnes, bij de Pont Grenelle.
Leuk detail is dat het grote beeld in New York, dat geheel uit koperen platen bestaat, is bevestigd aan een geraamte ontworpen door Gustave Eiffel en zijn medewerkers. Het ontwerp is uitgevoerd door de Franse beeldhouwer Frederic Bartholdi. Als model zou zijn moeder, Charlotte Bartholdi, model hebben gestaan, maar anderen zeggen dat het zijn geliefde en latere vrouw, Jeanne-Emilie Bartholdi is geweest. Weer andere zijn ervan overtuigd dat de godin Hera Bartholdi heeft doen inspireren. We zullen het nooit weten.
Buiten de maat om zijn er toch enkele verschillen. In New York (46 meter) staat op het boek dat ze vasthoud de datum 4 juli 1776, de datum van de Amerikaanse Onafhankelijksverklaring. Hier bij Pont Grenelle staan er twee data op, naast die van Amerika staat er ook 14 juli 1789, de dag van de Franse Revolutie. De kleinste van de drie die in Musee 'd Orsay staat, heeft op het boek 15 november 1889 staan, de datum waarop de dame bij Pont Grenelle werd ingehuldigd. Hier bij Pont Grenelle werd in 1885 eerst een gipsen beeld neergezet, omdat het bronzen beeld nog niet klaar was. Om te voorkomen dat ze met haar rug naar het presidentiële paleis, het Élysée, zou komen te staan, keek ze in het begin naar de Eiffeltoren. Toen uiteindelijk in 1889 het bronzen werd geplaatst, werd ze ook maar omgedraaid, met haar gezicht richting New York.
-> Loop terug en wandel over het smalle eiland naar één van de mooiste bruggen van Parijs, de Pont de Bir Hakeim
Het eiland heeft een lengte van 890 meter, een breedte van 11 meter, er staan 322 bomen en het ligt middenin de Seine. Aangelegd als een dijk in 1827 was de bedoeling dat dit een golfbreker zou zijn voor de Grenelle haven en een opslagplaats voor de industrie. Het is in de loop der tijd hier en daar wat verlaagd en verstevigd in verband met de aanleg van de drie bruggen die er over heen lopen. Het wandelpad werd 60 jaar later aangelegd in 1867 en is leuk om te lopen. Rechts van je ligt het 15e en links van je het 16e arrondissement, waar we net een stukje van hebben mogen bekijken. Achter je het Vrijheidsbeeld, links van je de grootse ronde gebouw van Radio de France, voor je in de verte de Eiffeltoren en rechts het Front de Seine, de moderne hoogbouw van Parijs. Had niet veel gescheeld of we hadden hier niet kunnen lopen. In 1932 kwam architect André Lurçat met het idee om het eiland te bedekken met een landingsbaan, iets wat gelukkig geen doorgang heeft gevonden.
-> Aan het eind van het eiland de trap op en geniet van het uitzicht.
De pont de Bir-Hakeim werd in 1878 gebouwd door Louis Biette en verbind het 15e met het 16e arrondissement. Het heeft een dubbele functie, een weg voor het verkeer en daar bovenop een spoorbrug voor metrolijn 6. De brug voor het verkeer is weer verdeeld in drieën, een trottoir, fietspad en een autoweg. Dit alles gescheiden door gietijzeren kolommen. De brug heeft een lengte van 237 meter en een breedte van zowat 25 meter. De zijkanten van de brug zijn versierd met gietijzeren versierselen, gemaakt door Gustave Michel.
Op een uitbouwing in het midden van de brug staat een standbeeld uit 1930 van de Deense beeldhouwer Wederkinch, een cadeau van de Deense gemeenschap in Parijs. Vanaf hier heb je een mooi uitzicht op de Eiffeltoren. De brug boort zich letterlijk en figuurlijk in het 16e arrondissement om uit te komen bij metrostation Passy.
De wat vreemde naam heeft de brug te danken aan de Slag bij Bir-Hakeim. Een veldslag tussen het Franse leger met generaal Marie-Pierre Koenig en het Duits/Italiaanse Afrikakorps onder commando van maarschalk Rommel. Deze beroemde en zware veldslag vond plaats in 1942 in Libië nabij het stadje Bir-Hakeim. Overigens heeft de brug de naam pas sinds 1948, voorheen heette het Passy Viaduct en was meer een wandelpad met bomen en bankjes.
-> Verlaat de brug aan de kant van de Eiffeltoren en loop naar beneden
-> Wandel langs de kade naar de Eiffeltoren
De Eiffeltoren, het symbool van Parijs, werd ter gelegenheid van de Wereldtentoonstelling van 1889 gebouwd. De toren is een meesterwerk, ontworpen door ingenieur Gustave Eiffel. De totale hoogte is 320 meter, tweemaal zo hoog als het toenmalig hoogste gebouw, het Washington Monument in de Verenigde Staten. De structuur, die de indruk van weinig gewicht heeft, bestaat uit 15.000 gekruiste en aan elkaar geklonken metalen stukken. Het gewicht van 7300 ton rust op vier enorme pijlers, die voetstukken van beton hebben. De toren is in drie verdiepingen verdeeld: de eerste verdieping is op een hoogte van 57 meter, de tweede op 115 meter en de derde op 274 meter.
De Eiffeltoren wordt elke zeven jaar opgeknapt en daar is dan ongeveer 40 ton verf voor nodig. In het begin was het de kleur geel, van 1954 tot 1961 bruin/rood, vanaf 1964 de vertrouwde kleur bruin. Beneden is de kleur iets donkerder dan aan de top en in 2009 werd de toren voor de 19e keer geschilderd. De verlichting die 's avonds een waar pronkstuk van hem maakt, is in 1986 helemaal vernieuwd en ontworpen door Pierre Bideau. Het verschil is dat hij nu van binnenuit wordt verlicht (een Nederlands hoogstandje van Philips) en niet meer met schijnwerkers van buitenaf.
-> Steek via de brug, Pont de d'Lena, de Seine over
-> Loop door de tuinen en via de trappen naar Place du Trocadéro
Dit is het einde van de wandeling, hoop dat jullie ervan genoten hebben.